vrijdag 1 februari 2013

Wederopbouwgebieden als erfgoed


Uitbreiding woningen in Amsterdam-Slotermeer
















Gisteren was er een bijeenkomst in Amsterdam Nieuw-West over Wederopbouwgebieden, georganiseerd door de Rijksdienst van de Monumentenzorg .
Het was natuurlijk van tevoren al duidelijk dat hier niet de voorstanders van grootschalige sloop aan het woord zouden komen en wel  mensen die vooral het positieve in de naoorlogse gebieden zouden benadrukken. En zo was het dan ook. Terecht, want de afhankelijkheid van de markt heeft, zoals te voorspellen was, de oude stedelijke vernieuwing stilgelegd en noopt tot herbezinning. Er is al te veel vernield zonder goede argumenten en er ligt nu te veel gebied braak, terwijl er geen geld is om daarop de broodnodige woningen te bouwen. Er is ook al te lang geen onderhoud verricht aan de complexen die op de nominaties stonden om afgebroken te worden.
Hoe verder met deze erfenis? Dan duikt de vraag op: wat is (nog) waardevol in dit soort gebieden en hoe kunnen we dat waardevolle behouden. Dat zijn moeilijke vragen, maar het is goed om daar heel goed over na te denken. Het architectonisch en stedenbouwkundig waardevolle is in Nieuw-West al in kaart gebracht door het Bureau Monumenten en Archeologie, terwijl socioloog Ivan Nio allerlei waardevolle aspecten van het sociale leven in dat stadsdeel gepubliceerd heeft. De vraag uit de zaal naar de verenigbaarheid van deze twee studies in één begrip van waardevol kwam als een verrassing, maar was zeer terecht, want beide studies zullen niet leiden tot dezelfde waardevolle gebieden of plekken. Ook hierbij speelt dus kennelijk de oude vraag: gaat het om de stenen of om de mensen? Een voordeel is dat het belang in deze discussie geen andere is dan het verwerven van kennis. Er zal hopelijk verder onderzoek volgen.
Een soortgelijke kwestie kwam aan bod in een van de middagworkshops, waar de borging van erfgoed in bestemmingsplannen aan bod kwam. De inleidingen tendeerden m.i.naar behoudendheid en kwamen kort gezegd op het volgende neer: leg een waardevol complex vast zoals het is, zodat het alleen bij uitzondering veranderd kan worden. Het waardevolle is dan bepaald door de architectuurhistorische blik.  Men had hier kennelijk vooral complexen sociale huurwoningen voor ogen die beschermd moesten worden tegen de willekeur van de corporaties. Maar uitbreidingen van woningen en scholen, omdat de gebruikers ze te klein vinden en anders zullen gaan verhuizen, worden dan óók tegengegaan. Dat is discutabel volgens enkele deelnemers van die middag. Juridisch sta je al niet sterk, omdat het belang van de bewoner in het geding is. Daar voeg ik hierbij dan nog aan toe: ook voor de bevolkingssamenstelling heeft die maatregel gevolgen, want je treft daarmee ook de duurdere huur- en koopwoningen. Er staan in deze gebieden als vanouds nu eenmaal niet alleen maar sociale huurwoningen. Het lijkt me belangrijk de wens tot uitbreiding eerst serieus te nemen en te onderzoeken, om niet te vervallen in de fouten van de oude stedelijke vernieuwing, waarin de argumentatie pas na de oplossing kwam. Zeker, het is niet mooi, al die bulten op zo'n gaaf rijtje, maar denk alsjeblieft na voor je ingrijpt.  




maandag 28 januari 2013

Sociaal in Amsterdam

Meneer Wiebes is wethouder in Amsterdam. Hij is van de VVD en van verkeer. Van de Noord/Zuidlijn, de tram en de bus. Je denkt dat hij het daar druk genoeg mee heeft, maar hij ziet toch nog kans zich met andere zaken te bemoeien, zaken die zijn collega-wethouders aangaan. Onlangs heeft hij zich uitgelaten over het woningbeleid, een zaak van wethouder Ossel. Ossel is van de in Amsterdam veel grotere PvdA. Om zich maar alvast te profileren voor de komende verkiezingen heeft Wiebes zich 'op persoonlijke titel' uitgelaten over de gewenste hoeveelheid sociale woningbouw in Amsterdam. Dat is vreemd, want een wethouder kan natuurlijk nooit iets over een politieke kwestie zeggen als willekeurig individu, ook al roept hij nog zo hard dat hij een willekeurig individu is. Hij heeft gelukkig al in het openbaar op zijn kop gehad van de burgemeester. Wat Wiebes zei komt volgens de burgemeester niet overeen met het huidige woningbeleid. Bovendien noemt hij het 'pijnlijk' voor Ossel, want het college spreekt met één mond, ook al ben je het er niet mee eens. Wiebes moet dus zijn mond houden, is de openlijke boodschap. 
Maar nu over de inhoud. Wat zegt Wiebes dan? Wiebes stelt voor de huidige voorraad van 60% sociale woningbouw terug te brengen naar 30%. Oei, dat is nogal wat. Waar zou Wiebes al die mensen laten die nu in die woningen zitten? Want daar gaat het natuurlijk om. Amsterdam moet een hippe stad worden. De creatievelingen brengen het geld binnen en de armoedzaaiers niet. Die laatsten moeten dus weg. Hoe doe je dat op een nette manier? Daar heeft hij nog niets over gezegd, alsof al die sociale woningen leeg zouden staan en er niet nog een paar duizend mensen met lage inkomens voor zo'n woning in de rij staan. 
Nieuw is het standpunt van de VVD niet. Nee, juist de PvdA is al lang begonnen met het terugbrengen van de sociale woningbouw. In bijvoorbeeld Amsterdam Nieuw-West is de sociale woningbouw drastisch teruggebracht ten gunste van koopwoningen. Dat is bepaald niet het werk van de VVD. Ze mochten willen zoveel macht te hebben. Nee, dat is vooral het werk van de PvdA. Al halverwege de jaren negentig begon de toenmalige wethouder Stadig van de PvdA met de verkoop en sloop van sociale huurwoningen. De PvdA verpakte deze handelwijze in een sociale mist: meer menging zou goed zijn voor de huidige bewoners en ook zouden veel bewoners die in een sociale huurwoning zaten graag naar een koopwoning willen. In de praktijk ging de PvdA niet altijd even zachtzinnig met de belangen van de bewoners van de sociale woningen om. Daar zijn wel wat schrijnende voorbeelden van te geven. De niet eens meer zo verborgen agenda luidde: we willen de creatievelingen op deze plek, net als Wiebes nu verkondigt. Nu wil het even niet zo vlotten met de verkoop van die koopwoningen, vooral niet buiten het centrum. Want dat hippe volk wil natuurlijk niet in het verre westen wonen, nee natuurlijk niet, die moeten een woning in de binnenstad of Zuid of liever nog De Hippe Pijp. Bovendien is het crisis, dus de koopwoningen, dat loopt sowieso wat minder. Grote gebieden in Nieuw-West waar sociale huurwoningen gesloopt zijn, liggen al jaren braak. Dus vindt de PvdA dat er even halt gehouden moet worden met de vermindering van de sociale voorraad. Dat is verstandig, maar o wee als de economie weer aantrekt.

woensdag 31 oktober 2012

De begraafplaats en de volkstuin



Al eerder schreef ik over de strijd van de gemeente Amsterdam tegen monofunctionele gebieden. Dat zijn gebieden die maar voor een beperkte groep toegankelijk zijn en/of een beperkt doel dienen. Begraafplaatsen en volkstuinen bijvoorbeeld. Op begraafplaatsen wordt alleen gelegen en op volkstuinen alleen in de tuin gewerkt en dan nog door een beperkte groep, namelijk oudere mensen. De overeenkomst tussen beide gebieden is dat ze nogal afgesloten zijn van de omgeving: meestal zit er wel een sloot en een hek omheen en worden ze maar gedeeltelijk opengesteld voor het publiek. Een andere overeenkomst is, dat het hier gaat om groene, parkachtige gebieden. Het gaat erom dat deze gebieden volgens de gemeente toegankelijker moeten worden voor het publiek en er ook voor het publiek aantrekkelijke functies moeten komen, zoals een café en een interessante wandelroute. In de gemeentelijke Structuurvisie gaat men zelfs zover dat permanente bewoning op de volkstuinen deels toegestaan zou moeten worden en dat zelfs menging met kantoorgebouwen wenselijk is.
Je kunt dit gemeentelijk standpunt , zoals ik eerder ook wel enigszins deed, een beetje belachelijk maken, vooral als het gaat om publieksfuncties bij begraafplaatsen. Ik wilde daarmee aangeven dat er over dit beleid niet voldoende nagedacht is. Volgens Jan Schaefer was beleid sowieso tegengesteld aan nagedacht hebben en in een aantal opzichten zie je dat bij dit beleid ook wel terug.
Maar wat betreft de volkstuinen zit er toch veel waars in het gemeentelijk idee. Het gaat te ver, die ideeën, dat is de gemeente in de jaren dat er nu aan onderzoek naar volkstuinen gewerkt is, ook wel duidelijk geworden. Gemengde bebouwing en permanente bewoning zouden zulke grote veranderingen teweeg brengen, dat je daarmee het kind met het badwater weg zou gooien. Het zou de dood van de volkstuinen betekenen, eenvoudig omdat je dan ook de grenzen weghaalt die er nu voor zorgen dat het tuinpark niet uitgroeit tot een luxe villawijk.
Maar wat de tuinders (dat 'volks' kunnen we wel weglaten) zich wel aan zouden moeten trekken is de vraag op welke wijze zij moeten veranderen, willen zij hun bestaansrecht behouden. Anders worden zij eenvoudigweg van de kaart geveegd als de crisis voorbij is en er weer terrein nodig is voor woningbouw. Zij moeten in elk geval opener naar de omgeving worden. Openstelling 's winters is nu bezwaarlijk omdat er buiten het seizoen niet overnacht mag worden en tuinparken toch al te kampen hebben met inbraken en diefstal. Maar de parken moeten zich wel in het seizoen een onmisbaar onderdeel weten te maken van de omgeving door bijvoorbeeld publieksactiviteiten en -voorzieningen. Er valt ook nog wel het een en ander te winnen op het gebied van de inrichting van het park en vooral ook van de individuele tuinen en de vormgeving van de huisjes. De huisjes en tuinen zijn nu nog vaak erg saai. Een verruiming van de bondsreglementen die nu nog een wat vrijere vormgeving en materiaalgebruik van de huisjes beletten zou welkom zijn. Men zal geen kastelen gaan bouwen, want zolang er een maximumprijs blijft bestaan zal niemand erg veel willen investeren. Maar ook met beperkte middelen en een hoop fantasie kun je hele mooie huisjes bouwen. Dat zou de tuinparken een stuk aantrekkelijker kunnen maken. En de inrichting van de tuinen, tja, dat ligt meestal gevoelig. Er zou wat harder gewerkt kunnen worden aan de voorlichting over ecologisch beheer. Men moet mensen hierin overtuigen en niet dwingen.

donderdag 26 januari 2012

Project 1012

Gisteren stond er een stukje in Het Parool over het postcodegebied 1012 en met name het plan van de gemeente de coffeeshops hier te verbieden. Toevallig had ik net een stukje voor mijn blog geschreven over hetzelfde onderwerp.
Het postcodegebied 1012 is het gebied met o.a. de Wallen en de Warmoesstraat. De gemeente wil dit gebied omvormen tot een 'hoogwaardig milieu van wonen, werken en verblijf.' De uitwassen van de prostitutie op de Wallen wordt aangepakt door panden op te kopen en een aantal leeggekomen peeskamertjes wordt aan kunstenaars verhuurd. In een ruimer gebied worden 'criminogene, economisch laagwaardige en/of overlastgevende functies' verminderd.
Bewoners en ondernemers zijn gevraagd op een bijeenkomst te komen vertellen over wat ze van hun buurt vonden en wat er moet verbeteren. Die bijeenkomsten zijn per straat georganiseerd. Ik was op een bijeenkomst van de Warmoesstraat. Daar bleek dat de genodigden in een aantal opzichten andere ideeën hadden dan de vertegenwoordigers van de gemeente. De vertegenwoordigers van de gemeente schopten de aanwezigen bij wijze van aftrap tegen de schenen door de bestaande situatie als 'laagwaardig' te kwalificeren. Direct ontstond er een felle discussie over  hoog- en laagwaardig.
De discussie spitste zich toe op de coffeeshops. Die wil de gemeente sluiten. Dat vond een meerderheid van de bewoners en ondernemers niet. Want wat is er mis met de in het algemeen geen overlast gevende coffeeshops? Daar zit dus crimineel geld achter, volgens de gemeente. Maar honderd meter verder mogen ze blijven. Dat is natuurlijk vreemd. En wat moet daar dan volgens de gemeente voor in de plaats komen? Een café bijvoorbeeld, was het voorstel van gemeentezijde. Dat mag wel. Zodra er een coffeeshop vrijkomt zetten ze er een cafébestemming op. Maar cafés zijn er genoeg in dit gebied en die geven bovendien vaak veel overlast, was het tegenargument van de mensen in de Warmoesstraat. Ook stelden de genodigden de vraag of  de gemeente wel de macht bezat om de kwaliteit van de nieuwe cafés te bepalen. Want juist in dit gebied worden de zogenoemde sportcafés met groot tv scherm en harde muziek steeds populairder. Ook denken zij dat er een reële dreiging is van nog een vestiging van Teasers die nu al jarenlang het Damrak en omgeving terroriseert.
Hetzelfde geldt voor restaurants en winkels, hoewel die minder overlast geven, maar wel de kwaliteit van de omgeving bepalen. In de afgelopen jaren zijn er in de buurt 1012 nogal wat buurtwinkels, zoals een bakker, een slager en een groenteboer verdwenen. Daar zijn seksshops en souvenirwinkels voor in de plaats gekomen. Daar heeft de gemeente weinig tot geen greep op.
Bestemmingen zijn maar beperkt vast te leggen en op de kwaliteit daarvan ('hoogwaardig') heeft de gemeente helemaal geen greep. De bestemming die vastgelegd kan worden is  bijvoorbeeld restaurant of café of winkel, maar weer niet wát voor winkel. Ook niet: 'sterrenrestaurant.'
De vraag van de gemeente aan de bewoners welk soort winkel zij het liefste in hun straat zagen, was dus enigszins misleidend, want het suggereerde dat zij dat wel even konden regelen.

Heeft het project 1012 dan allemaal niets om het lijf? Nou nee, dat kan je niet zeggen. De bestrijding van criminele zaken, inclusief witwasserij in deze buurt, heeft natuurlijk wel enige verbetering tot gevolg. Alleen al vanwege de aanpak van de vrouwenhandel. Dat is positief. Maar laten we de coffeeshops behouden.

vrijdag 20 januari 2012

Terug naar de stad

Jos Gadet heeft een boek geschreven. Terug naar de stad, heet het. Dat boek is een succes als je de verkoopcijfers als criterium neemt. En er wordt heel veel over getwitterd. Dat is tegenwoordig ook belangrijk, al komt dat niet veel verder dan 'goed of 'fout'.
Ik heb een recensie geschreven voor Archined, omdat ik toevallig op de presentatie van het boek terecht was gekomen. Het was vooral de grote belangstelling bij de presentatie die me nieuwsgierig maakte naar wat deze man te melden had. 
Uiteindelijk viel het me bitter tegen. Dat valt te lezen op de Archined-site: http://www.archined.nl/recensies/2012/januari/jos-gadet-terug-naar-de-stad-geografisch-portret-van-amsterdam/ 
 

woensdag 6 april 2011

Ecologica

Amsterdam heeft een Hoofd Groenstructuur, ook wel HGS genoemd. In dat groen mag niet te veel bebouwing voorkomen, want dan is het niet groen meer. Nu blijkt dat sinds kort alle volkstuinen in de HGS opgenomen zijn. En niet alleen volkstuinen, maar ook nog een paar sportparken en andere groen uitziende gebieden. Men heeft eenvoudig de HGS vergroot. Maar dat wil niet zeggen dat deze gebieden ook werkelijk allemaal iets met natuur te maken hebben. Het gaat zo ver, dat men zelfs het kunstgras van sportvelden tot groengebied rekent. Ja, zo kan ik het ook. Welke betekenis moet hieraan worden gehecht, afgezien van de pr van Amsterdam als groene stad? Een pluspunt lijkt me dat er een maximumpercentage versteend oppervlak vastgesteld is voor alles wat in de HGS ligt. Maar de kwaliteit van het niet-steen, daar kijkt men zoals gezegd niet naar. Bovendien biedt deze HGS geen enkele bescherming voor woningbouwplannen op de langere termijn. De uitbreiding van de HGS was alleen mogelijk, omdat door de recessie in de bouw een deel van de woningbouwplannen in de ijskast gezet is. Over een jaar of tien zullen die plannen waarschijnlijk alsnog uitgevoerd gaan worden en wordt de HGS dus weer een stukje kleiner. Zo volgt de HGS de op- en neergaande lijn van de conjunctuur.

maandag 5 juli 2010

Kinselmeer

Maandag 28juni stond er in Het Parool een stukje over een nog te bouwen 'Eco-park' aan het Kinselmeer (boven Durgerdam). Het was een uiterst oppervlakkig stukje. Vandaag, 5 juli, werd mijn ingezonden stuk geplaatst. Ik neem het hieronder over:

"De projectontwikkelaar zal wel blij zijn met het oppervlakkige stukje over het nieuwe 'Ecopark' aan het Kinselmeer in Het Parool van maandag 28 juni. Geen enkele kritische noot, bijvoorbeeld over de vervuiling van het Kinselmeer, de kaalslag die op het terrein heeft plaatsgevonden en de bedreiging van landelijk Noord door de aanleg van dit soort luxe recreatiegebieden.
Ook wordt er niets vermeld over het toch wel opmerkelijke verleden van dit gebied.
Het Parool heeft de afgelopen tien jaar met enige regelmaat bericht over de niet zo frisse geschiedenis van deze voormalige camping Het Boschje aan het Kinselmeer: Ik heb hier nog de berichten over de dreigende ontruimingen, de rechtszaken die volgden en de gedwongen sloop van de huisjes. Hoe de bewoners, waaronder veel ouderen met een laag inkomen, eraf werden gegooid, nadat ze eerst nog hun eigen huisjes moesten slopen.
Het terrein kwam in handen van projectontwikkelaars die illegaal de bomen van Het Boschje rooiden en het monumentale woonhuis sloopten. Ze werden door stadsdeel Noord met fluwelen handschoenen aangepakt en konden ongestoord hun onfrisse praktijken voortzetten. Er is veel geld verdiend met de doorverkoop van het vroeger zo boom- en vogelrijke stukje land, dat de afgelopen jaren tot een platte plak moeras verworden was. Er had in 2005 een riolering moeten zijn, zowel naar camping De Badhoeve als naar het voormalige Boschje. Die riolering is er nog steeds niet. Hoezo Ecopark?"